Alternatief voor een reflectieverslag: wat zijn alternatieve reflectievormen?
Een alternatief voor een reflectieverslag, zodat je kunt kiezen wat je past
Reflectieverslagen schrijven is een zeer bekende en wijdverspreide vorm van reflectie. Logisch ook, want het gebruik van taal is al sinds de oertijd een prima methode om ideeën, ervaringen, gevoelens, kennis en kunde met elkaar te delen. Soms kan het echter zijn dat taal te kort schiet. Dat het te beperkt of eenzijdig is. Binnen supervisie kan er daarom gericht gekozen worden voor aanvullende manieren om zelfkennis te vergroten.
Concreet voorbeeld; reflectie door beeldmateriaal
Een reflectieverslag kwam niet tot de kern. De 'opdracht' van de supervisor: probeer eens in een andere vorm te geven waar je nu echt mee zit. Het maakt niet uit hoe: een tekening, een muziekstuk, een foto, een verhaaltje, een filmpje... Kijk maar of er een andere manier te vinden is. Twee weken later kwam de supervisant naar de supervisiebijeenkomst met het zelfgemaakte filmpje dat je hiernaast kan zien. Het gevoel (leegte, eenzaamheid, verdriet) dat deze supervisant ervoer tijdens het werk, was op deze manier wel zichtbaar te maken. Het verhaal eromheen was daarna makkelijker te vertellen.
Vanaf deze bijeenkomst waren zowel leerthema als leerweg helder en duidelijk.
Hieronder vind je een greep uit alternatieve/aanvullende reflectieopdrachten. Ze zitten in een aantal gevallen dicht tegen 'huiswerk'-opdrachten aan.
Het uitwerken van een schema Willen > Voelen > Denken > Handelen.
Het maken van een Mind-map waarop allerlei losse gedachten/ gevoelens/ concepten/ personen/ situaties met elkaar in verband worden gebracht.
Het (herhalend) uitvoeren van bepaalde oefeningen en hier notities over bijhouden.
Het maken van een tekening/ schilderij/ foto.
Het uitzoeken van een muzieknummer/ zelf een muziekstuk maken. Variant: een toneelstuk/ vlog/ filmpje maken.
Anderen interviewen over jou/ over jullie relatie/ over hoe zij omgaan met hetgeen jij wilt leren/ ... en hier jouw leervraag aan koppelen.
Een brief schrijven aan een ander (die niet verzonden hoeft te worden).
Theorie lezen over een onderwerp dat relevant is en beschrijven hoe deze theorie wel en niet aansluit bij wat jij aan het leren bent.
Een dagboek bijhouden waarin specifieke vragen beantwoord worden.